Het lerarentekort zorgt op steeds meer plekken voor steeds grotere problemen. Met het Vijfde Dag-concept krijgen leerlingen in het primair onderwijs een dag(deel) in de week cultuuronderwijs en doen ze extra activiteiten onder begeleiding van een vakdocent. Daarmee wordt een deel van het lerarentekort opgevangen. Niet alleen hoeft een school leerlingen niet naar huis te sturen, ook zorgen de lessen buiten het gewone curriculum dat kinderen hun talenten op een andere manier gaan ontdekken. Het mes snijdt aan twee kanten: “Je ziet kinderen in de klas echt stralen.”
Het initiatief van het Vijfde Dag-concept in Lelystad komt bij instelling Kubus vandaan. Kubus bestaat veertig jaar en heeft altijd scholen geadviseerd over cultuureducatie, vertelt Ineke van Enk, manager Onderwijs & Samenleving. “Inmiddels zijn we uitgegroeid tot een bloeiend kunstencentrum. Onze aandacht gaat vooral uit naar educatie.” Van Enk zorgt met haar afdeling dat cultuureducatie op alle scholen en in het sociale domein van Lelystad gegeven kunnen worden. “Dat gaat van voorstellingen in de theaterzaal waar scholen naartoe kunnen tot muziekdocenten die een jaar lang muzieklessen op een school verzorgen.”
Begin vorig jaar is Kubus begonnen met het Vijfde Dag-concept. Een stadsbrede ontwikkeling waarin drie grote schoolbesturen worden meegenomen. Een deel van de scholen doet dit vanuit de eigen onderwijsvisie. “Vanwege lerarentekort was er een school die leerlingen naar huis moest sturen”, vertelt Van Enk. Ineens werd een verandering in de visie daardoor noodzaak. “‘Kunnen jullie daar wat aan doen’, werd ons gevraagd. Binnen twee weken hadden we een programma opgetuigd. Zo hoefden er geen kinderen meer naar huis maar hadden ze de hele dag kunstlessen. Dat durven we wel een succesverhaal te noemen.” Ook de gemeente noemt het een succes en vraagt aan Kubus om het format verder uit te werken met de drie grote schoolbesturen. Binnen twee jaar moet het format staan, met behulp van subsidiegelden en een matching van de schoolbesturen. Dat is een enorme zoektocht. “We hebben ervoor gekozen om echt een onderwijsprogramma op te zetten om het curriculum aan te vullen. Daarbij kijken we vooral naar welke leergebieden niet in het kerncurriculum zitten, maar wel door scholen verzorgd moeten worden."